Vakantiegeld
Het vakantiegeld is jaarlijks een belangrijk onderwerp. Want waar heb je nou recht op als je onder bewind staat?
Bij salaris of uitkering bouw je jaarlijks 8% vakantiegeld op over het bruto inkomen. Dit wordt meestal uitbetaald in mei, maar moet in juni uiterlijk betaald zijn door de werkgever of uitkeringsinstantie. In sommige gevallen zit dit al berekend in het maandinkomen: goed kijken dus op de betaalspecificatie!
Als er geen schulden zijn en het volledige vakantiegeld wordt uitbetaald vanuit de werkgever of uitkeringsinstantie mag iemand zijn volledige vakantiegeld aanvragen.
In geval van schulden kunnen er zich bijzondere situaties voordoen. Zo kan er beslag liggen op het inkomen en in veel gevallen valt het vakantiegeld daar ook deels of volledig onder. De bewindvoerder/curator berekent jaarlijks of de toegepaste berekening van de beslagvrije voet door de deurwaarder juist is. Het is bij beslag over het algemeen zo dat je geen vakantiegeld ontvangt.
Het is ook mogelijk dat je in een schuldentraject zit, in een minnelijk of in een wettelijk traject. Bij het minnelijke en het wettelijke traject heeft de schuldhulpverlener een ‘Vrij te laten bedrag’ berekend en in die berekening staat welk deel van het vakantiegeld iemand mag behouden. De rest draag je af aan het schuldentraject en is ter verdeling voor de schuldeisers.
In beide gevallen, dus in het geval van wél schulden en géén schulden beoordeelt de bewindvoerder/curator de aanvraag van het vakantiegeld. Deze kijkt of er voldoende buffer is om het vakantiegeld uit te kunnen betalen, maar bespreekt ook samen met jou en jouw netwerk of er nog noodzakelijke uitgaven zijn, die eventueel ook van het vakantiegeld betaald moeten/kunnen worden. Uiteindelijk mag de bewindvoerder/curator de beslissing maken of en hoe het vakantiegeld wordt uitbetaald. Maar ga daarover zeker het gesprek aan en laat je goed informeren over hoe jouw dossier in elkaar zit!